Op een zomerse maandagavond bezoeken een twintigtal geïnteresseerden de kennisavond van Meet je Stad in het Huis van Actief Burgerschap in de Bibliotheek Neude. Erik Verhagen, community manager van Meet je Stad Utrecht, begroet alle bezoekers en introduceert Irene Garcia-Marti. Zij is werkzaam als data scientist bij het KNMI en gaat ons informeren over het belang van crowdsourcing bij het KNMI.
Meet je Stad Utrecht
De community Meet je Stad Utrecht doet onderzoek naar hitte-eilanden en koele plekken in de stad waarin de metingen met zelfgebouwde meetkastjes centraal staat. Zo wordt bijvoorbeeld een top vijf van koelste en warmste plekken in en rond de stad Utrecht in kaart gebracht. Is er een relatie met vergroening? Ook wordt het fijnstofgehalte op een aantal plekken in de gaten gehouden.
Meet Je Stad Utrecht wordt gecoördineerd door Milieucentrum Utrecht (MCU) in samenwerking met de Makerscommunity HaHaHo. We werken ook samen met Meet Je Stad Amersfoort en SMAL Zeist, gemeente Utrecht en provincie Utrecht in het Schone Luchtakkoord-project ‘Schone lucht is van iedereen’.
Wat doet het KNMI met data uit crowdsourcing?
Irene gaf ons, tijdens de kennisavond van Meet Je Stad op 22 juli, een blik in de wondere wereld van data-analyses en statistieken. Naast data gegenereerd uit de eigen weerstations gebruikt het KNMI ook data van derde partijen. Dit kunnen sensoren in vliegtuigen zijn die metingen doorgeven, maar ook data van persoonlijke weerstations bij mensen thuis in de tuin of op het balkon: ‘crowdsourcing’ dus. Bij het KNMI is WOW momenteel de grootste databron van persoonlijke weerstations.
Voor- en nadelen gebruik data uit derde partijen
De 48 automatische weerstations van het KNMI staan in landelijk gebied en op zee. Irene vertelt dat door het gebruik van data uit WOW een dichter netwerk van meetpunten in Nederland ontstaat, waardoor ook in stedelijke gebieden gemeten wordt. Het voordeel is dat de data-analyse vollediger is met meer meetpunten binnen Nederland.
Een nadeel van persoonlijke weerstations is dat er geen eenheid is in gebruikte meetapparatuur. Bovendien kunnen metagegevens bij de plaatsing van de sensor (bijvoorbeeld dicht bij een muur of in de zon op het zuiden) niet altijd meegenomen worden in de analyse. KNMI ondervangt dit door de uitvoering van Quality Control op de datasets om zogenaamde uitschieters in de metingen te onderscheppen.
Conclusie: Meet je Stad + KNMI zijn een goede match
Irene benadrukte in haar presentatie het belang van citizen science voor het KNMI. Stedelijke gebieden merken de grote impact van klimaatverandering. In de zomer kan het flink heet worden in versteende gebieden. Om te kunnen onderbouwen hoe groot de impact precies is in de stad, is data nodig. Hier komt Meet je Stad om de hoek kijken.
Door een samenwerking aan te gaan met de burgerwetenschappers van Meet je Stad Utrecht krijgt het KNMI bruikbare data over het klimaat in stedelijk gebied. Hoe meer meetkastjes er in de stad verspreid zijn, des te meer komen we te weten over het temperatuurverloop in de stad en over de invloed van groen in de stad op de temperatuur. Binnenkort plaatst Meet je Stad drie meetkastjes op het meetveld van de KNMI zodat de metingen van de kastjes vergeleken worden met die van een officieel meetstation.
Neem ook deel de Meet je Stad-community en word burgerwetenschapper
Wil je als burger een actieve rol spelen bij wetenschappelijk onderzoek? Kom dan op maandagavond 5 augustus naar de workshop ‘maak je eigen meetkastje’ in de Bibliotheek Neude. Tijdens deze bijeenkomst maak je je eigen meetkastje en ontmoet je andere betrokken deelnemers. Check Meet Je Stad op meetup.com voor informatie en aanmelding. Bijeenkomst gemist? Houd onze agenda in de gaten.
Informatieve links
- Informatie over het WOW-netwerk van KNMI
- Wetenschappelijk artikel van Irene Garcia-Marti over het gebruik van crowdsourced data bij het KNMI
- Meer over Meet je Stad Utrecht
Artikel: Sandra Röling
Foto’s: Sandra Röling + KNMI